Boetenproat
Voor mijn schoonmoeder
Peter en ik waren door omstandigheden sinds het wandelweekend niet meer op pad geweest met de Boetenbaintjes. Dit niet alleen tot groot verdriet van onszelf, maar ook tot zeer grote teleurstelling van schoonmoeder. Zij is namelijk een grote fan van mijn columns en kijkt er iedere twee weken naar uit. Deze column draag ik daarom op aan mijn schoonmoeder in Oegstgeest.
(Geen) onweer en water
Toen Peter en ik zaterdag 26 juli bij het station aankwamen voor een lange (31 kilometer) wandeling in Friesland, bleek dat er al vanaf vrijdagavond een discussie woedde of het wel door moest gaan. Want er was onweer voorspeld met windvlagen en hagel. Jo had telefoontjes gekregen en besloten dat we met z'n allen daar zaterdagochtend om half tien over zouden besluiten. Om 8 uur 's ochtends had hij Thea al gebeld, die vanuit Drachten vertrok. Zij was uiterst verbaasd, er was nog nooit een tocht vanwege het weer afgeblazen. Ook Peter en ik waren wat verbaasd. Als we naar het station gaan, gaan we omdat we willen wandelen. En als we het niet zien zitten, dan gaan we niet.
De jaarlijkse picknick
Vorig jaar viel ie in het water, de picknick op het Echtenerzand. De hele dag stromende regen en dus uitgeweken naar de schuur van Jan, alwaar om drie uur de zon scheen en toch buiten gegeten kon worden. Dit jaar deden we een nieuwe poging door naar dezelfde plek te gaan. Dat is natuurlijk de goden verzoeken! De dag begon dan ook met regen en motregen en miezerregen. Geen tijd om de cape aan te doen, want dan was het alweer droog. Om vijf uur scheen de zon volop en dat bleef hij doen tot we om acht uur naar huis gingen.
Koolzaadwandeling over de grens
De bedwelmende geuren en de overdadig gele kleur van het uitbundig bloeiende koolzaad waren de vaste begeleiders van het Pinksterweekend in het Teutoburgerwald. De koolzaadvelden zijn anders dan in Groningen, want het is daar heuvelachtig, en ze zijn als een Mondriaanschilderij gedrapeerd tussen de knalgroene graanakkers. Het ziet je daar inderdaad groen en geel voor de ogen! En drie dagen volop zon, mooie campings en een gezellig clubje van negen Boetenbaintjes. Volop genieten dus.
Muggen, kunst en drijfzand
"Uche, uche, uche, uche, uche, het stikt hier van de muggen", zong Sander uit volle borst. De eerste twee uur van het rondje Schoonloo werden we inderdaad lek geprikt; zo gaat dat bij mooie vennetjes. Daarna genoten we van 'natuurkunst' en ontsnapten we aan een wisse dood. Het was dus alweer een gedenkwaardige Boetenbaintjeswandeling. Rondom Schoonloo, de voormalige achtertuin van Veurloper Wim, is het prachtig. Afwisselend bos, open (heide)veldjes en vennetjes. En muggen dus. Na een half uur had ik een kraag van bulten in mijn nek. En ik was niet de enige. Vooral als we stilstonden, vielen die krengen aan. En je bent warm en je zweet en extra aantrekkelijk. We hielden het tempo er dus goed in. De Veurloper had trouwens wel moeite met zijn rol. Het kostte hem eerst erg veel moeite het juiste pad te vinden: we moesten tot twee keer toe terugkeren op onze schreden. Of hij liep achteraan en ging dan plotseling rechtsaf, terwijl de hele meute rechtdoor liep. Ook is het heel bijzonder hoeveel kilometers hij op een beperkt lapje grond weet te maken! Lusje rechts, lusje links, lusje terug, je richtinggevoel wordt behoorlijk op de proef gesteld. Maar we klagen niet, want Veurlopers zijn schaars.
Hekjes, bruggetjes en wind
"Het was maar goed dat je niet mee wandelen was vandaag, want er was niks aan. Het was koud, er was geen koffie, het was glibberig, het was ver, veel te veel hekjes en bruggetjes en we waren maar met zijn tienen, en we moesten een kwartier staan blauwbekken voor Henk arriveerde. Echt goed waardeloos!" Met dit verhaal begroette ik Peter, die niet mee kon wandelen en de hele dag binnen gezeten had. "Dat bestaat niet", zei Peter "een wandeling van Jan kan niet waardeloos zijn. Je jokt." Toen moest ik wel bekennen dat ik jokte. Ik dacht dat hij zich beter zou voelen als hij niet wist wat hij gemist had. Het was een prachtige wandeling! Wat een bruggetjes, wat een klaphekken, wat een reeën, wat een torenvalkjes, wat een natuur!
Alweer geen witte Pasen
En alle weermannen en -vrouwen hadden het ons nog zo beloofd: het zou de koudste Pasen sinds 40 jaar zijn, het zou sneeuwen en stormen en vriezen zodat de sneeuw bleef liggen en we een witte Pasen zouden hebben. Maar niets van dat alles. Koud was het wel, ook kwam er een verdwaald sneeuwbuitje langs, maar dat kreeg absoluut geen kans voor een witte wereld te zorgen. En nu op eerste Paasdag schijnt de zon uitbundig, dartelen de lammetjes in de wei van de buren en is het achter glas in de zon buitengewoon behaaglijk.
Lentekriebels
Wat een zonnig en zacht weekend! En dat al zo vroeg in februari. Hoewel het niet zo warm was als 02-02-02, toen wij ons winterkampeerweekend hadden. Oh ja en Willem Alexander trouwde op die dag met Maxima. Toen was het wel 17 graden, en nu 10 of 11. Maar een verademing na al die regen en wind. En dus kwamen de Boetenbaintjes uit alle hoeken en gaten te voorschijn voor een korte (20 km) wandeling dichtbij huis. Jo en Iet hadden een mooi rondje Roden uitgestippeld. Langs allerlei watertjes en diepjes, waar het nog een beetje soppen en glibberen was. Over de es en de Zuursche duinen en in de bossen van Mensinge. Met een koffiestop waar je voor € 1,80 een cappuccino + cake had en je gratis op een picknickbank in de zon kon zitten.