Toen ik zaterdag opstond, was de dag weer even grijs, grauw, mistig en nattig als de afgelopen weken. Een dichtregel schoot me te binnen ‘o land van mest en mist’. Het is de Boutade van P.A. de Génestet.
Het eerste couplet luidt:
O land van mest en mist, van vuilen, kouden regen
Doorsijperd stukske grond, vol killen dauw en damp,
Vol vuns, onpeilbaar slijk en ondoorwaadbre wegen!
Vol jicht en parapluies, vol kiespijn en veel kramp.
Wil je nog meer huiveren, lees dan het hele gedicht.
Peter had de kerstwandeling rond Norg, dus ik moest wel mee, solidair, geboorteplaats en voor de column. We waren met zijn tienen, voor de zoveelste keer bijna onherkenbaar gehuld in regenkleding. Manon worstelde met haar zeer ingewikkelde systeem van veel laagjes jasjes en capes. Thea hielp haar aankleden en ze kwam tevoorschijn als een mooi rood kerstvrouwtje. Ze was haar door Sinterklaas geschonken regenhoedje helaas vergeten. Thea zelf had een zeer oversizede regenbroek aan, de pijpen liepen haar ruim over de schoenen. En ik had mijn kerstrui aan, verstopt onder de regenjas.
De regen viel mee, druilerig en miezerig, en weinig wind. Tot zover de goede berichten. Maar de grond was zoals de Génestet al zei: doorsijperd, slijk en ondoorwaadbaar, een kliemerig klimaat. Zelfs de zanderige Norger bossen waren zeiknat en we slalomden rond de plassen. Mannen met laarzen waren bezig een route uit te zetten voor een wielerwedstrijd op tweede kerstdag. Dan moet je daarna wel goed douchen voor je aan kan schuiven aan het kerstdiner. Het mooie Schilleveen lieten we links liggen, daar was geen doorkomen aan zonder boot of lieslaarzen. Dus mooi op tijd aan de koffie in de Norgerberg. Niemand vond dat erg. Een jong stel was nog dapperder dan wij. Na de soep hesen ze hun zware rugzakken om de schouders en hulden zich in lange capes. Chapeau!
De tweede helft was de ondergrond niet veel beter. HP en Thea hielden de moed erin en trakteerden ons op het repertoire van Boudewijn de Groot. Hoewel, de moed hadden we er wel in, want het was een mooie wandeling en het was gezellig. En we waren ons zeer bewust van het motto van Frieda: “Eigen keuze”.
Op de Norger Es stond het blank, zowel het land als de paden. HP was het slalommen zat en zijn schoenen waren toch al doorweekt, dus met zijn lange benen liep hij in hoog tempo en met grote passen door de plassen. Hij glibberde alle kanten op, maar bleef nog net op de been.
Ook het pad naar het Noordsche veld was onbegaanbaar en moesten we dus rechts laten liggen. Om aan de kilometers te komen maakten we nog een slingertje door het bos. Na 20 kilometer, die voelden als 30, streken we met stramme benen en heupen neer in de Natuurplaats van SBB. We bedankten Peter voor deze gedenkwaardige wandeling en wensten elkaar goede feestdagen en een goed 2024. Met de schaterende lach van Frieda in de oren en de kofferbak vol puzzels van Thea, reden we huiswaarts.
Ik wens jullie allemaal goede feestdagen en een mooi 2024 met minder modder.
Mariette